Begroting 2019

Financiën

II. Financiën

De Programmabegroting 2019 is gebaseerd op het huidige financiële kader, bestaande uit de reeds door Provinciale Staten (of in mandaat) vastgestelde begrotingswijzigingen. Vervolgens zijn de uitkomsten van de Perspectiefnota 2019-2022, effecten uit de meicirculaire 2018 en nieuwe ontwikkelingen in deze begroting verwerkt. De wijzigingen ten opzichte van het vastgestelde financiële kader zijn in de begroting van een toelichting voorzien. In deze programmabegroting wordt een sluitend (meerjaren) beeld gepresenteerd.

Saldo lasten en baten per programma

Rekening 2017

Begroting 2018 na wijziging

Begroting 2019

Begroting 2020

Begroting 2021

Begroting 2022

1 Ruimtelijke ontwikkeling en waterbeleid

1.928

4.057

3.873

779

779

579

2 Landelijk gebied en natuur

8.896

14.379

11.338

8.941

8.941

8.940

3 Economie

4.695

8.758

4.389

4.077

3.810

3.544

4 Cultuur, samenleving en sport

10.722

7.750

6.928

6.708

6.550

6.550

5 Energie, milieu en klimaat

6.613

8.323

6.885

6.059

5.616

5.616

6 Mobiliteit

36.452

58.602

61.372

57.565

49.878

51.100

7 Gebiedsontwikkeling

19.635

14.793

11.964

2.843

2.543

2.443

8 Kwaliteit openbaar bestuur

-116.347

-102.215

-99.156

-100.055

-96.993

-96.076

Stortingen in reserves

82.678

35.503

91.360

65.173

65.652

64.935

Onttrekkingen aan reserves

-62.473

-49.949

-98.953

-52.091

-46.777

-47.631

Geraamd resultaat (- = overschot)

-7.201

0

0

0

0

0

x € 1.000

In de Perspectiefnota 2019-2022 was een aantal bestedingsdoelen opgenomen welke in deze begroting zijn verwerkt ten laste van de stelpost Nieuw Beleid en de reserve Strategische projecten. Naast de effecten uit de Perspectiefnota zijn bij het nader uitwerken van de Programmabegroting 2019 overige voor- en nadelige effecten ontstaan. Deze effecten zijn, conform de bestendige gedragslijn, eveneens verrekend met de stelpost Nieuw Beleid. De vrije ruimte in deze stelpost bedraagt circa € 0,2 mln. voor 2019, en structureel circa € 1,2 mln. vanaf 2022. Voor de nieuwe bestuursperiode is daarbovenop structureel € 2,0 mln. beschikbaar voor nieuwe initiatieven (oormerk C) en op termijn structureel € 10,0 mln. voor de uitwerking van het Interbestuurlijk Programma (oormerk D).

Onderstaand is het saldo van stelpost Nieuw Beleid weergegeven, inclusief de binnen deze stelpost nog aanwezige oormerken. Voor een totaaloverzicht van de verwerkingswijze van de Perspectiefnota, alsmede een gedetailleerd verloopoverzicht van de stelpost Nieuw Beleid, wordt verwezen naar bijlage E.

Begroting 2019

Begroting 2020

Begroting 2021

Begroting 2022

Eindsaldo stelpost Nieuw Beleid in begroting 2019               A

11.083

12.265

12.767

14.375

Waarvan geoormerkt:

A. Oormerken n.a.v. Perspectiefnota 2017-2021

4.300

435

435

435

B. Oormerken overig (MAB en schokland)

650

650

650

650

C. Oormerk nieuwe Collegeperiode (nieuw beleid vanaf 2019)

1.000

2.000

2.000

2.000

D. Oormerk Interbestuurlijk Programma (IBP)

4.910

6.780

8.150

9.980

Totaal nog geoormerkt                                                          B

10.860

9.865

11.235

13.065

x € 1.000

In onderdeel IV Financiële begroting is een toelichting op de mutaties in de stelpost Nieuw Beleid opgenomen als ook een uiteenzetting van de financiële positie.

III. Weerstandsvermogen

De paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing geeft een overzicht van de belangrijkste risico’s van de provincie. Het risicoprofiel van de provincie is ten opzichte van de vorige paragraaf (Jaarstukken 2017) per saldo niet gewijzigd (€ 16,4 mln.). De weerstandscapaciteit is ten opzichte van de Jaarstukken 2017 licht gestegen van € 22,8 mln. naar € 23,0 mln. De dekkingsgraad blijft daarmee afgerond 1,4 en ligt binnen de bandbreedte van 1,1 tot 2,0, zoals vastgelegd in de nota Reserves en voorzieningen 2015-2019.